Het comité schreef in een brief van 17 februari 1973 aan het gemeentebestuur van Amsterdam: “Wij zijn dan ook van mening, dat zulk een monument alléén maar in Amsterdam, de stad van het verzet, en dan op een markant punt kan worden geplaatst zodat het in het leven van Amsterdam zal worden opgenomen.”
Het monument staat, na een aanvankelijke positie bij het Van Gogh Museum (waar het in 1975 werd onthuld), aan de oost zijde van het Museumplein.
Bewust koos het comité voor Amsterdam en wel voor een plaats midden in de stad (en niet een plaats op de Oosterbegraafplaats, waar de andere monumenten ter herdenking van de Duitse concentratiekampen staan).
Een baken moet immers zichtbaar zijn. Het comité aanvaardde daarmee, dat het monument ook gebruikt zou kunnen worden door mensen die gewoon in de zon willen zitten, of door kinderen die er alleen op willen spelen.